Archive for the ‘We werden gewaarschuwd’ Category

2007-dec: How did these comedians see it coming, when financial reporters did not?

21/06/2009

3 december 2007

Yes, it really is this bad
Another example of humor that is deadly accurate.

I worked on Wall Street for a few years, elbow to elbow with “top” investment bankers.
It was one big casino with the saps in pensions funds and savings and loans (and us) being used to finance the game
and cover the losses.


Amazingly, this was recorded in 2007.

John Bird and John Fortune (the Long Johns) brilliantly, and accurately, describing the mindset of the investment
banking community in this satirical interview.

Source: http://www.youtube.com/watch?v=UC31Oudc5Bg

home

Advertentie

2007-sep: Buitenhof – Graaicultuur

21/06/2009

Graaicultuur

Buitenhof: 23 september 2007

Column Jos de Beus

De Algemene Beschouwingen gingen over de graaicultuur. Maar het feit dat de marktsector niet wordt aangepakt, duidt op verlegenheid in een grotere kwestie.
Wie is de baas over onze open economie?
Wie voorkomt dat grote bedrijven buitenlandse kolonies worden, wat we in grote steden juist proberen te bestrijden?
Wie stopt ook de brievenbusvennootschappen enkel opgericht om de belasting te ontwijken?

De strijd om het voortbestaan van ABNAMRO heeft een radeloosheid in de politiek aan het licht gebracht.
We zagen een bedrijfsleiding die ondermaats presteerde, de bank tot prooi maakte van concurrenten, haar eigenbelang veilig stelde, en de toekomst van het bedrijf in handen legde van aandeelhouders en beleggingsfondsen.
Speculanten beslissen straks over de riskante biedingen van Barclays en Fortis.

Het algemene belang lag bij groei op eigen kracht of een fusie met ING.
Maar alle woordvoerders van dit belang zijn impotent.

Als kapitaal zich onmaatschappelijk gedraagt, is er geen tegenmacht meer. Kamerleden, hoge ambtenaren, vakbonden, ondernemingsraden, old boys, consumenten, vakjournalisten: allemaal zijn ze bezorgde toeschouwers geworden, net als u en ik.

De toezichthouders kunnen de markt voor overnames bijstellen. Maar ook zij hebben geen greep op de ruige verplaatsing van economische macht die gaande is.

Het kabinet vraagt om informatie en wacht. Minister Bos zegt dat we ons niet ongerust hoeven te maken. Aandelen, commissariaten, omzetten, vestigingen, octrooien: alles denationaliseert en verspreidt over continenten.
Wij in de polder worden allemaal produktiever en welvarender van de avonturen van allerlei exportbedrijven.

Maar minister Van der Hoeven en staatssecretaris Heemskerk voelen de onzekerheid van de elite en het onbehagen van de massa. Ze hebben de Sociaal Economische Raad gevraagd te adviseren over nieuwe instrumenten voor beleid – naast bevordering van het vestigingsklimaat en sleutelsectoren.

Kennelijk is afscherming van strategische sectoren met gouden aandelen of schepping van nationale kampioenen iets voor grote landen maar niks voor Nederland.

Wat dan wel?

Het kabinet spreekt iedereen, bewondert iedereen en steunt iedereen die zorgt voor grensoverschrijdende handel: leve de spaarlampen van Philips uit China! Maar dat oogt inefficiënt en bangelijk.

Ik bepleit een sociaal-kapitaaltoets.

Als een bedrijf, zoals ABNAMRO onder Groenink, zich afkeert van het land, onze arbeidskrachten vervangt en uit de traditie van samenwerking stapt, dan moet het daarvoor de sociale kostprijs betalen. Het wordt doorverwezen naar het toezicht van Europese en wereldwijde instellingen.

De Haagse overheid staakt haar bijzondere bijstand.

De politiek zou zich in haar economisch beleid moeten richten op bedrijven met een stevige grondslag en gunstige uitstraling in onze economie en samenleving. Dat is geen “misplaatst Oranjegevoel”, maar volgt uit de regeringsverklaring over saamhorigheid en de bestaansreden van het Ministerie van Economische Zaken.

bron: www.vpro.nl

2004-mei: Tegenlicht – De Graaicultuur

21/06/2009

Uitgezonden:


zondag 16 mei 2004

Enron, Worldcom, Ahold, Parmalat, Tyco, Shell…..
De laatste tijd is een stroom aan boekhoudschandalen aan het licht gekomen en het einde is nog niet in zicht. Topmanagers van beursgenoteerde multinationals ‘are having a rotten time’ (The Economist). Naast de aandacht van justitie, media en beleggers voor de fraudezaken, zijn de beurskoersen gekelderd en ook het publieke geweeklaag over bonussen en topsalarissen houdt maar niet op.

Tegenlicht levert een bijdrage aan de discussie over normen en waarden en onderzoekt de graaicultuur aan de top van het multinationale bedrijfsleven.
Wat is er gebeurd? Welke structurele oorzaken zijn er voor de fraudezaken? En hoe is te verklaren dat succesvolle managers, rolmodellen van de jaren negentig, nu als oplichters en zakkenvullers worden afgeschilderd?

In mei 1999 maakte Bregtje van der Haak voor de VPRO een portret van de Nederlandse onderneming Ahold. Het was de euforische tijd van fusies en overnames onder leiding van Cees van der Hoeven. Het bedrijf presenteerde kwartaal na kwartaal spectaculaire winstgroei en waardestijging van het aandeel. Nu, vijf jaar later, is daar weinig van over.

In “De graaicultuur” is Ahold het vertrekpunt voor een zoektocht naar de structurele oorzaken van de malversaties, die de kijker voert van Zaandam via Amsterdam naar New York, Boston en Milaan.

Aan het woord komt Pieter Bouw (ex-KLM, nu Swiss Air), en in Italië verklaart Marco Vitale, bedrijfseconoom en voorzitter van een groot Italiaans pensioenfonds de corruptie. In de VS geeft de meest geïmiteerde en bewonderde Amerikaanse topmanager Jack Welch (ex-General Electric) zijn visie op het thema.

Verder een bezoek aan Harvard Business School en analyses van Roger Lowenstein (“Origins of the Crash”), Bill George (“Authentic Leadership”) en Rakesh Khurana (“Searching for a Corporate Savior”).

Regie: Bregtje van der Haak
Research: William de Bruijn/Bram Esser
Productie: Mariska Schneider
Eindredactie: Roel van Broekhoven/Hans Keller/Doke Romeijn

Met dank aan Euronext

bron: www.vpro.nl

bekijk hier de reportage (55min.)

2003-jul: Prof Dr J.G.A. van Mierlo: Ook bij de overheid heerst een graaicultuur

19/06/2009

11 juli 2003

door Hans van Mierlo

Niet alleen in het bedrijfsleven lopen de managersalarissen uit de hand. Ook in de publieke sector en in de non-profit sector komt steeds meer kritiek op schaamteloze zelfverrijking. De directeur van het eerste het beste perifere streekziekenhuis verdient meer dan onze premier.

Dat is de omgekeerde wereld. Wat er aan te doen? Om te beginnen volstrekte openbaarheid van topinkomens, zegt econoom Van Mierlo. Hij begint als eerste met zijn eigen inkomen, want daar is niets geheims aan.
De exorbitante salarissen van topbestuurders van grote bedrijven staan steeds meer ter discussie sinds Wim Kok dat een paar jaar geleden diskwalificeerde als ‘exhibionistische zelfverrijking’. In deze tijden van economische neergang zwelt de kritiek verder aan, nu dat ook nog eens gepaard blijkt te gaan met riante gouden handdrukken bij gedwongen vertrek die vaak al bij aantreden zijn afgesproken.

Zo vullen de managers twee keer hun zakken. Doen zij het goed, dan verdienen zij door de bonusregeling een riant inkomen. Doen zij het slecht, dan verdienen zij door de vertrekregeling nog een keer extra premie.

Feitelijk betekent dat een beloning op slecht functioneren, want er is geen malusregeling.
De commissie-Tabaksblatt komt terecht met voorstellen om daar wat aan te doen. Aan ‘goed ondernemingsbestuur’ wordt dus gewerkt, maar het kan nog gekker: vooral in de non-profit sector blijken de topsalarissen eveneens compleet uit de hand te lopen.

Bij ziekenhuizen, onderwijsinstellingen, woningcorporaties en verzelfstandigde bedrijven wordt goed verdiend. Enkele voorbeelden uit een recent onderzoek van het blad Intermediair. Nummer één is de baas van Schiphol, Gerlach Cerfontaine, met 663.000 euro per jaar. John Neervens van het ABP met 531.000 euro en Peter van Besouw van de Bank Nederlandse Gemeenten met 491.000 euro zijn andere grootverdieners. Ook hier lopen de vrouwen achter: best verdienende vrouw is met 200.000 euro Louise Gunning, voorzitter van de raad van bestuur van het Amsterdamse AMC. Dat staat in schril contrast met het inkomen van de premier: 120.000 euro per jaar. Ziekenhuisdirecties worden ook in het onderzoek genoemd. De twee bestuursleden van het Tilburgse Elisabethziekenhuis staan op de rol voor 187.000 euro. De leiding van het kleinere
Maaslandziekenhuis in Sittard verdient liefst 250.000 euro. Andere jaarsalarissen volgens
Intermediair: Aad Veenman, NS, 458.000 euro; Nout Wellink, Nederlandsche Bank, 391.000 euro;
Guido van Woerkom, ANWB, en Jan Dekker, TNO, 350.000 euro.

Bij de ‘echte overheid’ gaat het er heel wat bescheidener aan toe. De burgemeesters van steden als Tilburg en Maastricht verdienen tussen de 88.000 en 103.000 euro. Het jaarsalaris van de dijkgraaf van een waterschap is ongeveer 94.000 euro en dat van een korpschef van politie varieert tussen de 60.000 en 85.000 euro, afhankelijk van de omvang van het korps. De topbestuurders van universiteiten zitten qua inkomen ook ruim boven onze minister-president. De TU Eindhoven en de Universiteit Utrecht betalen 180.000 euro. Yvonne van Rooy, voorzitter van het college van bestuur van de Universiteit Tilburg, heeft een inkomen van 132.000 euro. En ons college van

bestuur van de Universiteit Maastricht? Voorzitter Jo Ritzen verdient het maximum-salaris van een hoogleraar in schaal 18: ruim een ton, maar krijgt daarbovenop een toelage van ruim 65.000 euro. Daarmee verdient hij veel meer dan toen hij minister was. Rector Nieuwenhuizen Kruseman krijgt bovenop die ton een toelage van ruim 30.000 euro en collegelid Flierman 25.000 euro.

Dit zijn belachelijke bedragen. Zij worden namelijk niet in de markt verdiend, zelfs niet in een
quasi-markt. Er is geen sprake van marktconformiteit. In het bedrijfsleven moet het geld eerst
worden verdiend voor het kan worden uitgegeven. Maar daar wordt tenminste het éigen geld
uitgegeven. De aandeelhouders beslissen uiteindelijk op de aandeelhoudersvergadering of op de
beurs over de salarissen van de topbestuurders van hun bedrijf. In de publieke en non-profit sector
wordt het geld niet eerst op de markt en in concurrentie verdiend voor het wordt uitgegeven, maar
wordt andermans geld uitgegeven, dat van u en mij, de belastingbetaler. Uit onze zakken wordt het
geld door de overheid onvrijwillig afgepakt. ‘It’s taxpayers money you know’, leer ik mijn studenten, en daarmee moet twee keer zo zuinig en zo integer worden omgegaan. Daar komt nog bij dat van zulke torenhoge salarissen het verkeerde signaal uitgaat naar de lagere regionen. Het leidt uiteindelijk tot moreel bederf in de hele organisatie, omdat dan heel snel wordt geredeneerd:
‘als die zakkenvullers daarboven zo goed voor zichzelf zorgen, waarom zou ik dan een dief van mijn eigen portemonnee zijn als ik de kans krijg…’

Allereerst is openbaarheid van inkomens in de publieke en de non-profit sector nodig. Laat maar
zien wat iedereen verdient.

Laat ik daarom met mijn eigen inkomen beginnen, want ik heb niets te
verbergen. Ik verdien het maximumsalaris van een universitair hoofddocent in schaal 14: ongeveer
65.000 euro per jaar. Daarbovenop komt mijn hoogleraartoelage van ruim 5000 euro, dus in totaal
ongeveer 70.000 euro. Voor maar 5000 euro meer heeft de Universiteit Maastricht er dus een
hoogleraar bij en dat is een koopje.

Zo, dat is nu geen geheim meer, wie volgt?

Prof Dr J.G.A. van Mierlo is hoogleraar Openbare Financiën aan de Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde van de Universiteit Maastricht. Email: h.vanmierlo@algec.unimaas.nl

bron: (Pdf document)
http://www.personeel.unimaas.nl/h.vanmierlo/DDL.11-07-03.PDF

home